Sinds 2017 ben ik in opleiding tot psychiater bij GGz Centraal. In de loop van het eerste opleidingsjaar werd mijn interesse in wetenschappelijk onderzoek gewekt waarna ik in 2018 ben begonnen met een promotietraject naast mijn opleiding tot psychiater.
Binnen de arrIBA-studie zal ik mij gaan richten op het effect van Inference Based Approach (IBA) en Cognitieve Gedragstherapie (CGT) in de behandeling van Obsessieve Compulsieve Stoornis (OCS). Ik zal kijken naar het effect van beide behandelingen op de dwangklachten zelf, maar bijvoorbeeld ook naar verandering van inzicht in de dwangklachten en het effect op de kwaliteit van leven. Ik hoop dat de onderzoeksresultaten ervoor zorgen dat we een alternatieve behandeling kunnen bieden aan OCS-patiënten die niet (voldoende) profiteren van CGT, of voor patiënten die CGT niet aandurven vanwege het angstniveau dat CGT doorgaans opwekt.

In oktober 2021 heb ik mij bij het arrIBA-team gevoegd als promovendus en arts in opleiding tot psychiater bij GGz Centraal. Binnen de studie richt ik mij met name op de hersenscan (MRI) substudie, waarbij ik onderzoek zal doen naar de effecten van Inference Based Approach (IBA) en Cognitieve Gedragstherapie (CGT) op de hersenen. Ook zal ik kijken of we op basis van hersenscans kunnen voorspellen wie er baat heeft bij behandeling. Ik ben ervan overtuigd dat hersenonderzoek ons kan helpen om dwangklachten en het herstel hiervan nog beter te kunnen begrijpen. Dit onderzoek past dan ook helemaal bij mijn achtergrond in zowel de neurowetenschappen als in de psychiatrie. Door dit wetenschappelijke aspect te combineren met klinische kennis en ervaring, hoop ik dat we met de arrIBA-studie een grote bijdrage kunnen leveren aan de behandeling van dwangklachten.

Mijn rol in de arrIBA-studie is die van hoofdonderzoeker. Ik haalde IBA vanuit Canada naar Nederland, en promoveerde in 2016 op onderzoek naar de effectiviteit ervan. Aangemoedigd door de resultaten van die studie en door hoe IBA ontvangen werd door patiënten en behandelaren vroeg ik subsidie aan voor een vervolgstudie waarin we niet alleen zouden onderzoeken of IBA even effectief is als CGT, maar ook wat de werkingsmechanismen van IBA en CGT zijn. De subsidie werd toegekend, 7 GGz Instellingen, Amsterdam UMC, locatie VU-MC en ervaringsdeskundigen verbonden zich aan het project en de arrIBA studie was een feit. Ik trainde alle behandelaren die in de studie participeren en superviseer de meeste van hen. Naast hoofdonderzoeker van de arrIBA studie ben ik lid van het dagelijks bestuur van de wetenschapsafdeling van GGzCentraal en ben ik coördinator van de onderzoekslijn angst- en dwangstoornissen, waarbinnen ik diverse onderzoekers die met toegepast klinisch onderzoek bezig zijn begeleid. Behalve onderzoeker ben ik ook psychotherapeut en supervisor VGCT bij GGzCentraal. Dit op de afdeling ‘Marina de Wolfcentrum’ voor patiënten met complexe angst- en dwangstoornissen, onderdeel van het Centrum voor Psychotherapie. De combinatie van klinisch en wetenschappelijk werk spreekt me enorm aan omdat vragen van patiënten snel hun weg vinden naar onderzoek en resultaten van onderzoek snel hun weg naar patiënten.

Ik ben als hoogleraar psychiatrie en psychiater verbonden aan de afdeling psychiatrie en het Amsterdam Public Health Institute van Amsterdam UMC, locatie VU-MC te Amsterdam. Daarnaast ben ik werkzaam als opleider psychiatrie binnen GGZinGeest en ben ik verbonden aan de Top GGZ polikliniek angst en dwang van deze instelling.
Ik doe onderzoek naar diagnostiek, comorbiditeit, (psychotherapeutische) behandeling, richtlijnontwikkeling en implementatie van deze richtlijnen op het gebied van de angst-, dwang- en stemmingsstoornissen. Omdat ik het belangrijk vind dat mijn onderzoeksresultaten ten goede komen aan de patiënten, werk ik veel samen met de patiëntenvereniging, de Angst, Dwang en Fobie Stichting, waar ik in het bestuur zit. Daarnaast behandel ik personen met angst-en dwangstoornissen, waardoor ik goed in het oog blijf houden op wat voor hen belangrijk is.

Odile van den Heuvel is psychiater en hoogleraar Neuropsychiatrie bij Amsterdam UMC - VUmc. Zij begeeft zich op het grensvlak van de psychiatrie, neurologie en neurowetenschappen. Zij heeft veel ervaring met hersenscanonderzoek bij patiënten met angst- en dwangklachten en patiënten met neurologische aandoeningen, zoals de ziekte van Parkinson. Ook heeft zij veel ervaring met klinische trials, waarbij niet alleen gekeken wordt naar de effecten van de behandeling op het niveau van ziektesymptomen, maar ook op het niveau van de hersenen.

Vanaf 1989 ben ik mensen met obsessieve-compulsieve symptomen gaan behandelen op de Angst-polikliniek in Amsterdam. Dat het behandelen van deze klachten mij het meest lag als therapeut was gelijk duidelijk. Vervolgens heb ik onderzoek gedaan naar de behandeling en diagnostiek van deze stoornis en ben ik in 1994 gepromoveerd bij VUmc. Na deze promotie heb ik altijd een combinatiebaan gehad van onderzoeks- en behandelwerkzaamheden en ben ik mij meer en meer gaan specialiseren in de (behandeling van) Obsessieve-Compulsieve stoornis. Zo ben ik bijvoorbeeld hoofdonderzoeker van de grote Nederlandse OCD Associatie (NOCDA-studie), een langlopende studie waarin wij mensen met obsessieve-compulsieve klachten jaren volgen om meer te weten te komen over het beloop van en de biologische en psychologische mechanismen achter deze stoornis. In de arrIBA studie ben ik één van de begeleiders van de junior-onderzoekers en daarnaast ben ik één van de behandelaren in deze studie in Amsterdam en zal ik betrokken zijn als supervisor van de therapeuten.

Al in 2011, tijdens mijn stage voor de master of Neurosciences (VU Amsterdam), ben ik in aanraking gekomen met onderzoek naar obsessieve-compulsieve stoornissen (OCD) en heb ik zelf onderzocht hoe de hersenen van mensen met OCD reageren op een moeilijke cognitieve taak en hoe dit verschilt ten opzichte van mensen zonder OCD. Na mijn afstuderen ben ik promotieonderzoek gaan doen naar de neurale achtergrond van neuropsychiatrische klachten bij de ziekte van Parkinson maar ben gelijktijdig altijd betrokken gebleven bij onderzoeken naar de hersenmechanismen die ten grondslag liggen aan OCD.
In het huidige onderzoek speel ik vooral een coördinerende en adviserende rol als het gaat om het maken, analyseren en interpreteren van de hersenscans om beter te begrijpen hoe de behandeling invloed heeft op de hersenen van mensen met OCD en of we op basis van hersenscans het effect van de behandeling kunnen voorspellen.

Sinds mei 2018 ben ik betrokken bij de arrIBA- studie als projectondersteuner. Mijn rol is ondersteunen in alle logistieke en administratieve processen die bij deze studie komen kijken. Naast mijn rol als projectondersteuner ben ik ook secretaresse van Henny Visser, hoofdonderzoeker van de arrIBA-studie. In het verleden ben ik voornamelijk werkzaam geweest als project assistent in de congreswereld. Meewerken aan een studie is heel iets anders. Ik vind het heel bijzonder dat ik op deze manier een bijdrage kan leveren aan Wetenschappelijk Onderzoek.